- Gepubliceerd op donderdag 17 december 2015 22:50
- Geschreven door Gert-Jan de Zeeuw
Terwijl ik zaterdagavond op de bank zit naast mijn lief dringt langzamerhand tot mij door dat ik morgenochtend vroeg aan de zeereep op onze visgronden word verwacht ten einde het succes van de vorige wedstrijd, een derde plaats, minimaal te evenaren. Een gelukzalig gevoel maakte zich van mij meester. Zou ik mijn succes kunnen prolongeren? Wie weet.
Jammer genoeg haalde het helse kabaal van de wind die om ons huis gierde en de kletterende regen mij uit mijn droom. Sodeju, wat een noodweer zeg. Windkracht 7 met uitschieters naar 8.
En daarbij ook nog eens een megahoosbui. Lekker dan, dat wordt morgen weer afzien in dat pokkeweer. Misschien even een schietgebedje doen . Ik richte mijn smeekbede voor beter weer aan een weersvoorspeller uit lang vervlogen tijden.
“Beste Jan Pelleboer, ik zou u zeer dankbaar zijn als het weer morgen een stukkie opknapt. En nu ik u toch spreek, regel even wat met Neptunus opdat ik wederom het ereschavot kan betreden.” Met een gerust gemoed, alles was immers geregeld, legde ik mijn moede hoofd te ruste. De volgende morgen werd ik mooi op tijd wakker. Ik bedoel maar. 05.30 Uur is toch zeker lekker op tijd. Aangezien ik de spullen nog in de auto moest laden, pieren ompakken, en een grote boodschap moest doen, want dat gaat meestal niet zo lekker op het strand, besloot toch maar op te staan. Zo rond 07.30 uur werd het tijd om te vertrekken.
Omdat ik voornemens was de auto voor de fiets om te ruilen na de wedstrijd, dit in verband met een gezellige derde helft, besloot ik niet al te ver te lopen om mijn stek te zoeken. Bij mijn aankomst op de parkeerplaats van het strand kon ik tot mijn vreugde constateren dat de eerste deel van mijn smeekbede aan Jan Pelleboer was verhoord. Het contrast met gisteravond kon niet groter zijn. Bijna geen wind, geen regen en een aangename temperatuur. Samen met Cor , Ben, Jan en Nico besprak ik de weersomslag. Ik liet hen maar in de waan dat de weermannen gelijk hadden gekregen. Immers, mijn relatie met Jan Pelleboer en mijn verzoek via hem aan Neptunus was mijn geheim. Nu nog deel twee van mijn smeekbede. We zullen zien.
Gezellig keuvelend wandelde we het strand op. Ik volgde Jan, Nico en Ben richting de noord. Ter hoogte van de Deining werd halt gehouden. Na wat keurende blikken besloten Jan en Nico verder te trekken. Ik bleef staan waar ik stond en Ben wandelde nog een meter of 30 verder. Na enige tijd kwam Co aan mijn linkerzijde staan terwijl Willem Olbers het gat tussen Ben en Hielke opvulde. Zo langzamerhand vulde mijn gezichtsveld zich met vissers en om 09.00 uur begon, naar ik hoopte, mijn zegetocht richting een ereplaats.
Niet veel anders dan de vorige keer lag mijn lood binnen de kortste keren door een heftige stroming voor de platvoeten van Co. Nu aast bot ook wel in ondiep water maar dit was wel heel ondiep. Hielp het de vorige keer om minder ver in te werpen, nu ging deze tactiek niet op. Dan maar lekker schuin richting Ben in gooien. Dat hielp wel wat. Omdat ik meestal rechts van mijn hengels sta had een goed overzicht op Ben ,Willem en Hielke. Alras zag ik Ben een bot binnenhalen. Even later was het beurt aan Willem. Ook Hielke begon na een aarzelend begin te vangen.
En ik dan, zei de gek. Mijn hoop dat Neptunus mij een handje zou helpen zag ik met een rotgang voorbij stromen. Ik heb jullie wel eens verteld dat ik een neus heb voor visloze hotspots. Nou, ik kan jullie melden dat ik er weer eentje gevonden had. Naar ik later hoorde viste ik in de uitstroom van een groot zwin. Vandaar mijn moeite om de boel aan de grond te houden. Met lede ogen moest aanschouwen dat mijn companen aan mijn linkerhand vis na vis binnentakelde. Omdat Ben redelijk dichtbij stond kon ik zijn vreugdekreet goed horen toen hij een zeebaars ving . Weliswaar een scholenbaars maar toch. Ook Willem deed zijn sportieve plicht om mijn toch al tanende zelfvertrouwen nog even verder de grond in te boren. Wat Hielke betreft, die stond zoals vanouds te vissen. Om mijn kansen te vergroten had ik met Bente Morsch afgesproken dat hij de pieren van Hielke een “speciale behandeling” zou geven. Even met een additief besproeien in de vorm van een kleine boodschap. Nu weet ik niet wat Bente vrijdagavond heeft gedronken maar de uitwerking was averechts.
Sodeknetter, wat haalde Hielke weer een vis binnen. Om een einde te maken aan deze zelfkwelling ging maar eens buurten bij Co. Zelf Co had vis. Dit kon toch niet waar zijn . Gelukkig draaide ik toch nog een excuustruus van wel 16 cm. binnen. Hoera, de kop is eraf. Terwijl zowat iedereen ten noorden van mij zich klem ving in de vis bleef het voor Co en ondergetekende sappelen. Uiteindelijk kon ik de wedstrijd afsluiten met nog een tweede excuustruus. Nu telt zo’n perongelukvis wel mee, maar toch. Al met al heb ik in iedergeval genoten van het steeds mooier wordende weer en het vooruitzicht op een gezellige nazit maakte ook wel weer wat goed. Maar toch.
Na een snelle douche kon ik gepikt en gewreven om 12.35 uur ons clubhuis betreden waarbij ik meteen door onze lieftallige secretaris een drietal consumptiebonnen in de hand gedrukt kreeg. Geen geneuzel nu met een frisje of koffie. Meteen maar uit de startblokken met een “rooie”. Ik moet bekennen dat het de eerste was van een, misschien wel wat te lange rij. Maar goed, zoals een spreekwoord zegt, berouw komt na de zonde. Omdat deelname aan de kerstwedstrijd altijd zonder wedstrijdbijdrage is konden KeesJan en ik al snel de einduitslag bekend maken.
Op de eerste plaats Hielke Boomsma met 6,47 meter vis.
Op de tweede plaats Leon Juffermans met 5,53 meter vis.
Op de derde plaats Willem Olbers met 4,65 meter vis.
Wist u dat.
Er totaal 72,05 meter vis is gevangen door 32 deelnemers.
Dit gemiddeld 2,25 meter vis per deelnemer is.
Robin Stam zijn vader het nakijken gaf met 86cm.
Diezelfde Robin Stam een zeebaars ving van 38 cm. En ook nog een tarbotje. Leon Juffermans ook weer meedeed.
Hij vooraf aankondigde dat hij in de prijzen zou vallen.
En dat hij dat ook prompt deed.
Nico Mooi tot twee keer toe moest verkassen voordat hij de vis vond.
Ik wenste dat ik dat had gedaan.
Iedereen aangenaam verrast was door de kerstattentie.
Lydia daar een heel groot compliment voor verdiend.
Het beregezellig was.
Ik de rode lantaarndrager was met 46 cm.
Iedereen vis had.
Frank, Robin en Piet naar huis gingen met een tombolabon.
Ik naar huis ging met wat anders, namelijk een aardig slokje op.
Ik mijn vertrouwen in de goden aan de wilgen ga hangen.
Schrijven steeds beter gaat in tegenstelling tot mijn vissen.
Hielke’s vis gemiddeld 31 cm. per stuk was.
Dit een mooie afsluiting was van 2015.
Ik hoop dat opkomst op de volgende wedsstrijd, 17-01-2016, net zo groot zal zijn.
Ik u allen fijne feestdagen toewens.
Vanmorgen het idee had dat er een klopgeest in mijn hoofd zat.
Ik het schrijven nu zat ben.
Met de meest welgemeende groeten,
Gert-Jan de Zeeuw.
P.S.: Eet je niet misselijk in de oliebollen en pas op met vuurwerk